Overzicht
Zweeds Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. tråg:


Zweeds

Uitgebreide synoniemen voor tråg in het Zweeds

tråg:

tråg [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. tråg
    tråg; matskål
    • tråg [-ett] zelfstandig naamwoord
    • matskål zelfstandig naamwoord
  2. tråg
    skål; bunke; tråg; balja; vanna
    • skål [-en] zelfstandig naamwoord
    • bunke [-en] zelfstandig naamwoord
    • tråg [-ett] zelfstandig naamwoord
    • balja [-en] zelfstandig naamwoord
    • vanna zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "tråg":