Overzicht
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
-
visa:
- tonen; tentoonstellen; uitstallen; etaleren; presenteren; laten zien; vertonen; voorleggen; offreren; aanbieden; exposeren; betogen; demonstreren; wijzen naar; te voorschijn halen; voor de dag halen; tevoorschijn halen; tevoorschijn brengen; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; voordedaghalen; weergeven; uitbreiden
- melodie; wijs; laten zien; demonstratie
-
Wiktionary:
- visa → lied
- visa → tonen
- visa → lied, melodie, tonen, wijzen, zien, vertonen, aantonen, demonstreren, bewijzen, liedje, nummer, laten blijken, manifesteren, overzetten, translateren, vertalen
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor visa (Zweeds) in het Nederlands
visa:
-
visa (utställa; ådagalägga; framställa; framlägga)
tonen; tentoonstellen; uitstallen; etaleren-
tentoonstellen werkwoord (stel tentoon, stelt tentoon, stelde tentoon, stelden tentoon, tentoongesteld)
-
visa (presentera; förevisa; utställa)
-
visa (sätta fram för visning)
-
visa (förevisa)
tonen; vertonen; tentoonstellen; exposeren-
tentoonstellen werkwoord (stel tentoon, stelt tentoon, stelde tentoon, stelden tentoon, tentoongesteld)
-
visa (demonstera; förklara)
-
visa (peka; indikera; peka på)
wijzen naar-
wijzen naar werkwoord
-
-
visa (ta fram)
-
visa (ta fram)
tevoorschijn halen-
tevoorschijn halen werkwoord
-
-
visa (visa fram)
-
visa (ta fram; producera; frambringa)
laten zien; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; voordedaghalen-
tevoorschijnhalen werkwoord (haal tevoorschijn, haalt tevoorschijn, haalde tevoorschijn, haalden tevoorschijn, tevoorschijngehaald)
-
tevoorschijntoveren werkwoord (tover tevoorschijn, tovert tevoorschijn, toverde tevoorschijn, toverden tevoorschijn, tevoorschijn getoverd)
-
voordedaghalen werkwoord
-
visa
-
visa
Conjugations for visa:
presens
- visar
- visar
- visar
- visar
- visar
- visar
imperfekt
- visade
- visade
- visade
- visade
- visade
- visade
framtid 1
- kommer att visa
- kommer att visa
- kommer att visa
- kommer att visa
- kommer att visa
- kommer att visa
framtid 2
- skall visa
- skall visa
- skall visa
- skall visa
- skall visa
- skall visa
conditional
- skulle visa
- skulle visa
- skulle visa
- skulle visa
- skulle visa
- skulle visa
perfekt particip
- har visat
- har visat
- har visat
- har visat
- har visat
- har visat
imperfekt particip
- hade visat
- hade visat
- hade visat
- hade visat
- hade visat
- hade visat
blandad
- visa!
- visa!
- visad
- visande
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de
Vertaal Matrix voor visa:
Synoniemen voor "visa":
Wiktionary: visa
visa
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• visa | → lied | ↔ Lied — Musik: gesungenes Musikstück |
• visa | → melodie | ↔ Weise — gehoben, veraltet: Melodie |
• visa | → tonen | ↔ zeigen — di(transitiv): jemanden etwas sehen lassen |
• visa | → wijzen | ↔ zeigen — auf etwas zeigen: (meist mit dem Finger) in die Richtung von etwas deuten |
• visa | → tonen; zien; vertonen | ↔ show — display |
• visa | → aantonen; demonstreren; bewijzen | ↔ show — indicate (a fact) to be true |
• visa | → lied; liedje; nummer | ↔ song — music with words |
• visa | → laten blijken; manifesteren | ↔ manifester — rendre manifeste. |
• visa | → overzetten; translateren; vertalen | ↔ traduire — Faire la traduction d’un texte ou de paroles ou de tout document depuis une langue vers une autre langue. |