Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. material:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor material (Zweeds) in het Nederlands

material:

material [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. material
    de materie; de stof
    • materie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • stof [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. material
    het materieel

Vertaal Matrix voor material:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
materie material
materieel material
stof material damm; dammpartiklar; stoft
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
materieel faktisk; faktiskt; handgripligt; påtagligt; verklig; verkligt

Synoniemen voor "material":

  • stoff

Wiktionary: material


Cross Translation:
FromToVia
material materiële; materieel material — related to matter
material grondstof; materiaal material — matter
material materiaal material — text
material naaigoed; materiaal material — cloth
material materiaal MaterialTechnik: Sammelbegriff für Rohstoffe, Werkstoffe, Halbzeuge, Hilfsstoffe, Betriebsstoffe, Teile und Gruppen, aus denen etwas hergestellt wird
material materiaal Material — einzelne Dinge, die als Mittel oder Unterlage zu etwas dienen
material grondstof; materiaal; materieel matériau — À trier

Verwante vertalingen van material