Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Zoek: bröst

Zweedse en Nederlandse zoekresultaten voor: bröst

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

bröst:
- prammen; tieten; borsten; boezem; borst; buste; boezems; thorax; tors; borstkas; ribbenkast
Wiktionary:
- bröst → borst
- bröst → borst, borststuk, romp, thorax, torso, tiet, boezem, buste

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor bröst (Zweeds) in het Nederlands

bröst:

bröst [-ett] zelfstandig naamwoord

bröst (tuttar)
prammen; de tieten; de borsten; de boezem
- prammen [znw.] zelfstandig naamwoord
- tieten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- borsten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- boezem [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
bröst
de borst
- borst [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
bröst
de buste
- buste [de ~] zelfstandig naamwoord
bröst (famn; barm)
de boezems
- boezems [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
bröst (bröstkorg)
de thorax; de tors; de borstkas; de ribbenkast
- thorax [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- tors [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- borstkas [de ~] zelfstandig naamwoord
- ribbenkast [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bröst:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
boezem	bröst; tuttar	avloppskanal; drainera
boezems	barm; bröst; famn
borst	bröst
borsten	bröst; tuttar
borstkas	bröst; bröstkorg
buste	bröst
prammen	bröst; tuttar
ribbenkast	bröst; bröstkorg	benstruktur
thorax	bröst; bröstkorg
tieten	bröst; tuttar
tors	bröst; bröstkorg

Synoniemen voor "bröst":

bomber; barm; byst; patte; bringa; tuttar; pattar

Wiktionary: bröst

bröst

noun

elk van de twee vooruitstekende klieren bij vrouwen waaruit zich de moedermelk afscheidt
- borst → bröst; barm; bringa

Cross Translation:

From	To	Via
• bröst	→ borst	↔ breast — female organ
• bröst	→ borst	↔ breast — chest
• bröst	→ borst	↔ breast — animal's thorax
• bröst	→ borst; borststuk	↔ breast — choice cut of meat from poultry or other animals
• bröst	→ romp; thorax; torso; borst	↔ chest — thorax
• bröst	→ tiet	↔ tit — (slang, vulgar) a woman's breast
• bröst	→ borst	↔ Brust — auf Höhe von [1] befindliches äußeres, weibliches Geschlechtsmerkmal; Busen; Milchdrüse
• bröst	→ borst	↔ Brust — vorderer Oberkörper
• bröst	→ boezem; buste	↔ Busen — Anatomie: die weibliche Brust als Ganzes oder speziell der Raum zwischen den einzelnen Brüsten
• bröst	→ boezem; borst	↔ poitrine — Partie du corps contenant les poumons et le cœur. (Sens général).
• bröst	→ borst	↔ sein — Chacune des mamelles de la femme

Verwante vertalingen van bröst