Overzicht
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
- verktyg:
-
Wiktionary:
- verktyg → gereedschap, werktuig, instrument, hulpmiddel, hulpprogramma, middel, stuk gereedschap, apparaat
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor verktyg (Zweeds) in het Nederlands
verktyg:
-
verktyg (utrustning; hjälpmedel; handverktyg)
de werktuigen; de instrument; de gereedschappen; de gereedschap; de instrumenten; de werktuig; het gerei; handwerktuig; het handgereedschap -
verktyg
het hulpprogramma -
verktyg
Vertaal Matrix voor verktyg:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gereedschap | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
gereedschappen | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
gerei | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
handgereedschap | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
handwerktuig | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
hulpprogramma | verktyg | biståndsprogram; hjälpprogram |
instrument | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
instrumenten | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
werktuig | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | |
werktuigen | handverktyg; hjälpmedel; utrustning; verktyg | verktygsindustri |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
opbouwfunctie | verktyg |
Synoniemen voor "verktyg":
Wiktionary: verktyg
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verktyg | → gereedschap; werktuig; instrument; hulpmiddel | ↔ tool — mechanical device intended to make a task easier |
• verktyg | → gereedschap; instrument | ↔ tool — equipment used in a profession |
• verktyg | → hulpmiddel; hulpprogramma | ↔ utility — computing: software program with specific task |
• verktyg | → middel; werktuig; stuk gereedschap; apparaat | ↔ instrument — objet construire permettant d'exécuter une action. |
• verktyg | → middel; werktuig; stuk gereedschap; instrument | ↔ outil — instrument dont les artisans, les jardiniers, etc., se servir pour leur travail. |
• verktyg | → middel; werktuig; stuk gereedschap; instrument | ↔ ustensile — Objet pour les arts (2) |