Overzicht
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
- våghalsig:
-
Wiktionary:
- våghalsig → onvervaard, vermetel, driest, koen, waaghalzig
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor våghalsig (Zweeds) in het Nederlands
våghalsig:
-
våghalsig (tanklös; tanklöst; våghalsigt; obetänksamt)
ondoordacht; onbesuisd; onberaden; onnadenkend-
ondoordacht bijvoeglijk naamwoord
-
onbesuisd bijvoeglijk naamwoord
-
onberaden bijvoeglijk naamwoord
-
onnadenkend bijvoeglijk naamwoord
-
-
våghalsig (obetänksam)
-
våghalsig (dumdristig person; våghalsigt; friskusigt)
roekeloos; overmoedig; waaghalzig; vermetel; halsbrekend-
roekeloos bijvoeglijk naamwoord
-
overmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
waaghalzig bijvoeglijk naamwoord
-
vermetel bijvoeglijk naamwoord
-
halsbrekend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor våghalsig:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
halsbrekend | dumdristig person; friskusigt; våghalsig; våghalsigt | livsfarlig; livsfarligt |
onberaden | obetänksamt; tanklös; tanklöst; våghalsig; våghalsigt | |
onbesuisd | obetänksamt; tanklös; tanklöst; våghalsig; våghalsigt | sorglöst; utan sorger |
ondoordacht | obetänksamt; tanklös; tanklöst; våghalsig; våghalsigt | dumdristigt; förhastad; förhastat; obetänksam; obetänksamt; överilat |
onnadenkend | obetänksamt; tanklös; tanklöst; våghalsig; våghalsigt | oomtänksam; oomtänksamt; tanklöst |
overmoedig | dumdristig person; friskusigt; våghalsig; våghalsigt | vågande |
roekeloos | dumdristig person; friskusigt; obetänksam; våghalsig; våghalsigt | hänsynslös; hänsynslöst; oomtänksam; oomtänksamt; tanklöst; vågande |
vermetel | dumdristig person; friskusigt; våghalsig; våghalsigt | frimodig; frimodigt; käckt; modig; modigt; vågande |
waaghalzig | dumdristig person; friskusigt; våghalsig; våghalsigt | vågande |
Synoniemen voor "våghalsig":
Wiktionary: våghalsig
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• våghalsig | → onvervaard; vermetel; driest; koen; waaghalzig | ↔ audacious — showing willingness to take bold risks |