Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. titt:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor titt (Zweeds) in het Nederlands

titt:

titt bijvoeglijk naamwoord

  1. titt (tittut)
    kiekeboe

titt [-en] zelfstandig naamwoord

  1. titt (ögonkast)
    de blikken; oogopslagen
  2. titt (blick)
    het kijkje
    • kijkje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor titt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blikken titt; ögonkast
kijkje blick; titt
oogopslagen titt; ögonkast
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blikken kasta en blick på; snegla
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kiekeboe titt; tittut

Synoniemen voor "titt":


Verwante vertalingen van titt