Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tillbakadragen:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tillbakadragen (Zweeds) in het Nederlands

tillbakadragen:

tillbakadragen bijvoeglijk naamwoord

  1. tillbakadragen (tillbakadraget; blygt)
    schuw; kopschuw
  2. tillbakadragen (blygt)
    verlegen; timide; schuchter; bedeesd; beschroomd; bleu; schroomvallig
  3. tillbakadragen (ensamt; ensam)
    solitair; alleenlevend
  4. tillbakadragen (tillbakadraget; pensionerat)
    gepensioneerd; gewezen; rustend

Vertaal Matrix voor tillbakadragen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
solitair ensamvarg; individualist; solitär
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedeesd blygt; tillbakadragen
beschroomd blygt; tillbakadragen
bleu blygt; tillbakadragen
gepensioneerd pensionerat; tillbakadragen; tillbakadraget
gewezen pensionerat; tillbakadragen; tillbakadraget ex-; förra; försenad; försenat; pensionerad; pensionerat
kopschuw blygt; tillbakadragen; tillbakadraget
schroomvallig blygt; tillbakadragen
schuchter blygt; tillbakadragen
schuw blygt; tillbakadragen; tillbakadraget
solitair ensam; ensamt; tillbakadragen
timide blygt; tillbakadragen
verlegen blygt; tillbakadragen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alleenlevend ensam; ensamt; tillbakadragen
rustend pensionerat; tillbakadragen; tillbakadraget pensionerad; pensionerat

Synoniemen voor "tillbakadragen":


Wiktionary: tillbakadragen


Cross Translation:
FromToVia
tillbakadragen onopvallend inconspicuous — not prominent or easily noticeable

Verwante vertalingen van tillbakadragen