Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. surr:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor surr (Zweeds) in het Nederlands

surr:

surr [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. surr
    het gezoem; het gebrom
    • gezoem [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gebrom [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. surr (kaffesubstitut; kaffesurr; surrogatkaffe)
    het koffiesurrogaat

Vertaal Matrix voor surr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gebrom surr brådska; fläng; jäkt; klagande; morrande; muttrande
gezoem surr
koffiesurrogaat kaffesubstitut; kaffesurr; surr; surrogatkaffe

Wiktionary: surr


Cross Translation:
FromToVia
surr zoem buzz — humming noise