Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. spelare:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor spelare (Zweeds) in het Nederlands

spelare:

spelare [-en] zelfstandig naamwoord

  1. spelare (chanstagare)
    de speler; kansspeler; de gokker
    • speler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kansspeler [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gokker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. spelare
    de dobbelaar
  3. spelare
    de gokkers
    • gokkers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  4. spelare
    de speler
    • speler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. spelare (tärningsspelare)
    gokster; kansspeelster; de speelster

Vertaal Matrix voor spelare:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dobbelaar spelare
gokker chanstagare; spelare
gokkers spelare
gokster spelare; tärningsspelare
kansspeelster spelare; tärningsspelare
kansspeler chanstagare; spelare
speelster spelare; tärningsspelare aktris; skådespelerska
speler chanstagare; spelare aktör; skådepelare

Synoniemen voor "spelare":

  • lirare

Wiktionary: spelare


Cross Translation:
FromToVia
spelare speler player — who plays any game
spelare speler; gokker player — gambler

Verwante vertalingen van spelare