Zweeds

Uitgebreide vertaling voor smutsighet (Zweeds) in het Nederlands

smutsighet:

smutsighet zelfstandig naamwoord

  1. smutsighet (svineri)
    de slonzigheid; de viespeukerij; het vuil; de viezigheid; de smerigheid; de vuiligheid; de smeerlapperij; de drab; de vuilheid; de zwijnenboel; de morsigheid
  2. smutsighet (fulhet; orenhet; otäckhet)
    de viezigheid; de smeerlapperij; de viespeukerij
  3. smutsighet (orenhet; skitighet)
    de viezigheid; het vuil; de vuiligheid; de viesheid; de smerigheid; de vuilheid
    • viezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vuil [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vuiligheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • viesheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • smerigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vuilheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor smutsighet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drab smutsighet; svineri gödsel; kaffesump; markinnehåll; skit
morsigheid smutsighet; svineri
slonzigheid smutsighet; svineri
smeerlapperij fulhet; orenhet; otäckhet; smutsighet; svineri
smerigheid orenhet; skitighet; smutsighet; svineri
viesheid orenhet; skitighet; smutsighet motbjudande
viespeukerij fulhet; orenhet; otäckhet; smutsighet; svineri
viezigheid fulhet; orenhet; otäckhet; skitighet; smutsighet; svineri
vuil orenhet; skitighet; smutsighet; svineri
vuilheid orenhet; skitighet; smutsighet; svineri fult talande; lortigt; skitigt; smutsiga ord; smutsigt
vuiligheid orenhet; skitighet; smutsighet; svineri fult talande; smutsiga ord
zwijnenboel smutsighet; svineri
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vuil kladdig; kladdigt; lortig; lortigt; otvättad; otvättatd; sjaskigt; slabbigt; smetig; smetigt; smutsig; smutsigt; snuskig; snuskigt