Zweeds

Uitgebreide vertaling voor slöhet (Zweeds) in het Nederlands

slöhet:

slöhet [-en] zelfstandig naamwoord

  1. slöhet (energibrist; slapphet; letargi)
    de futloosheid; de loomheid; de slapheid; de matheid
    • futloosheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • loomheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • slapheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • matheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. slöhet (likgiltighet; lättja)
    de onverschilligheid; de indolentie; de laksheid
  3. slöhet (lojhet; indolens)
    de vadsigheid
  4. slöhet (lättja; lathet)
    luilakkerij; geluier

Vertaal Matrix voor slöhet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
futloosheid energibrist; letargi; slapphet; slöhet
geluier lathet; lättja; slöhet dagdriveri; slöande
indolentie likgiltighet; lättja; slöhet långsamhet
laksheid likgiltighet; lättja; slöhet fragilitet; svaghet
loomheid energibrist; letargi; slapphet; slöhet
luilakkerij lathet; lättja; slöhet
matheid energibrist; letargi; slapphet; slöhet ogenomskinlighet
onverschilligheid likgiltighet; lättja; slöhet likgiltighet
slapheid energibrist; letargi; slapphet; slöhet deprimerad; fragilitet; obehag; svaghet
vadsigheid indolens; lojhet; slöhet