Samband in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Remove Ads

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

samband:
- verbinding; relatie; link; verband; samenhang; liaison; connectie; aansluiting; band; schakel; onderling verband; verhouding; verkering; liefdesrelatie; liefdesbetrekking; verwantschap
Wiktionary:
- samband → verknoping, samenhang, kader

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor samband (Zweeds) in het Nederlands

samband:

samband [-ett] zelfstandig naamwoord

samband (förbindelse; band; länk; relation; förhållande)
de verbinding; de relatie; de link; het verband; de samenhang; de liaison; de connectie; de aansluiting; de band
- verbinding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- relatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- link [de ~] zelfstandig naamwoord
- verband [het ~] zelfstandig naamwoord
- samenhang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- liaison [de ~] zelfstandig naamwoord
- connectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aansluiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- band [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
samband (förbindelse; anknytning; sammanhang)
de link; het verband; de relatie; de samenhang; de schakel; de connectie; onderling verband
- link [de ~] zelfstandig naamwoord
- verband [het ~] zelfstandig naamwoord
- relatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- samenhang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- schakel [de ~] zelfstandig naamwoord
- connectie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onderling verband [znw.] zelfstandig naamwoord
samband (kärleksaffär; kurtis; kärlekshistoria; frieri; romans)
de verhouding; de relatie; de liaison; de verkering; de liefdesrelatie; de liefdesbetrekking
- verhouding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- relatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- liaison [de ~] zelfstandig naamwoord
- verkering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- liefdesrelatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- liefdesbetrekking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
samband (relation; förhållande)
de verwantschap; de relatie
- verwantschap [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- relatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor samband:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aansluiting	band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband	förbindelse; kontakt; telefonanslutning
band	band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband	allians; band; bok; bok att läsa; bundenhet; förbindelse; förbindelseled; länk; mellanled; pakt; släktskap; tejp; union; volym; överenskommelse
connectie	anknytning; band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband; sammanhang	förbindelse; kontakt
liaison	band; frieri; förbindelse; förhållande; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; länk; relation; romans; samband	affärer; avtalat möte; bindning; date; förbindelse; förhållande; liaison; nära samband; träff
liefdesbetrekking	frieri; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; romans; samband
liefdesrelatie	frieri; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; romans; samband	affärer
link	anknytning; band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband; sammanhang	hyperlänk; länk; symbolisk länk
onderling verband	anknytning; förbindelse; samband; sammanhang
relatie	anknytning; band; frieri; förbindelse; förhållande; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; länk; relation; romans; samband; sammanhang	affärer; bindning; förbindelse; förhållande; liaison; nära samband; relation
samenhang	anknytning; band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband; sammanhang	förbindelse
schakel	anknytning; förbindelse; samband; sammanhang	anknytning; förbindelseled; länk
verband	anknytning; band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband; sammanhang	bandage; bindel; förbindelse; steriliserad binda
verbinding	band; förbindelse; förhållande; länk; relation; samband	T-förgrening; anslutning; förbindelse; förening; ihop kopplad; kontakt; koppling; sammanfogning; sammankoppling; sammanlänkande; sammanlänkning; sammansvärjning
verhouding	frieri; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; romans; samband	affärer; bindning; förbindelse; förhållande; liaison; nära samband; omfång; proportion
verkering	frieri; kurtis; kärleksaffär; kärlekshistoria; romans; samband
verwantschap	förhållande; relation; samband	släktskap
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
link		beräknad; listig; listigt; slug; slugt
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
band		band; värdeområde

Synoniemen voor "samband":

relation; sammanhang; anknytning; förbindelse; korrelation

Wiktionary: samband

Cross Translation:

From	To	Via
• samband	→ verknoping	↔ Verknüpfung — Verbindung zweier oder mehrerer Tätigkeiten, die man zugleich erledigt
• samband	→ verknoping	↔ Verknüpfung — Verbindung zweier Begriffe, die man so in einen Zusammenhang bringt
• samband	→ samenhang; kader	↔ Zusammenhang — wechselseitige Beziehung, Verbindung zwischen Teilen, bei der eine Veränderung des einen Teils durch eine Veränderung auf dem anderen Teil begleitet wird. Diese Teile können materielle Gegenstand, physische Prozesse, gedankliche Gegenstände sowie deren Eigenschaften sein.

Verwante vertalingen van samband

nära samband

Remove Ads

Vertaal samband van Zweeds naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor samband (Zweeds) in het Nederlands

samband:

samband [-ett] zelfstandig naamwoord

samband (förbindelse; band; länk; relation; förhållande)

samband (förbindelse; anknytning; sammanhang)

samband (kärleksaffär; kurtis; kärlekshistoria; frieri; romans)

samband (relation; förhållande)

Vertaal Matrix voor samband:

Synoniemen voor "samband":

Wiktionary: samband

Verwante vertalingen van samband