Zweeds

Uitgebreide vertaling voor rutin (Zweeds) in het Nederlands

rutin:

rutin [-en] zelfstandig naamwoord

  1. rutin (erfarenhet; praktik; kunskap)
    de ervaring; de praktijk; de routine
    • ervaring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • praktijk [de ~] zelfstandig naamwoord
    • routine [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. rutin
    de sleur
    • sleur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. rutin (sakta lunk; slentrian; jämn lunk)
    de sukkeldraf
  4. rutin (arbetsmetod; metod; arbetsrutin)
    de methode; de werkwijze; de aanpak; arbeidsmethodiek; de werkmethode

Vertaal Matrix voor rutin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanpak arbetsmetod; arbetsrutin; metod; rutin förfarande; procedur; yillvägagångssätt
arbeidsmethodiek arbetsmetod; arbetsrutin; metod; rutin
ervaring erfarenhet; kunskap; praktik; rutin upplevelse
methode arbetsmetod; arbetsrutin; metod; rutin förfarande; metod; procedur; sätt; yillvägagångssätt
praktijk erfarenhet; kunskap; praktik; rutin läkarpraktik; praktiserande
routine erfarenhet; kunskap; praktik; rutin
sleur rutin
sukkeldraf jämn lunk; rutin; sakta lunk; slentrian
werkmethode arbetsmetod; arbetsrutin; metod; rutin
werkwijze arbetsmetod; arbetsrutin; metod; rutin

Synoniemen voor "rutin":