Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. runt:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor runt (Zweeds) in het Nederlands

runt:

runt bijvoeglijk naamwoord

  1. runt
    om
    • om bijvoeglijk naamwoord
  2. runt
    kringvormig
  3. runt (sfäriskt; rund)
    bolvormig; bol; kogelvormig
  4. runt (rund)
    rondachtig
  5. runt (ringformig; rund; cirkelrunt; ringformigt)
    ringvormig
  6. runt (runtomkring; omkring)
    rondom; omheen

Vertaal Matrix voor runt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bol boll; glob; jorden; klot; mänskligt huvud; nystan; sfär
kringvormig cirkel; ring; rondell
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bol rund; runt; sfäriskt klotformig; klotformigt; klotrunt; runda; rundat; sfärisk; sfäriskt
bolvormig rund; runt; sfäriskt
kogelvormig rund; runt; sfäriskt
kringvormig runt
ringvormig cirkelrunt; ringformig; ringformigt; rund; runt
rondachtig rund; runt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
omheen omkring; runt; runtomkring
rondom omkring; runt; runtomkring
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
om runt för att

Synoniemen voor "runt":


Wiktionary: runt


Cross Translation:
FromToVia
runt om; rond about — around
runt rond about — in circuit
runt rond about — on all sides
runt rond- about — here and there
runt omheen; om; langs around — following a path

Verwante vertalingen van runt