Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. radikal:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor radikal (Zweeds) in het Nederlands

radikal:

radikal bijvoeglijk naamwoord

  1. radikal (radikalt)
    radicale; extremistische

radikal [-en] zelfstandig naamwoord

  1. radikal (extremist)
    de extremist
  2. radikal
    de radicaal
    • radicaal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor radikal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
extremist extremist; radikal
radicaal radikal
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
radicaal drastisk; drastiskt; extrem; extremistisk; extremistiskt; extremt; radikalt; vänsterextremistisk; vänsterextremistiskt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
extremistische radikal; radikalt
radicale radikal; radikalt

Synoniemen voor "radikal":


Wiktionary: radikal


Cross Translation:
FromToVia
radikal radicaal radikal — im Denken und oder Handeln in besonderem Maße von der Norm abweichend, unnachgiebig, hart, rücksichtslos, unerbittlich