Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. producent:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor producent (Zweeds) in het Nederlands

producent:

producent [-en] zelfstandig naamwoord

  1. producent
    de producer; de producent
    • producer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • producent [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. producent (skapare; upphovsman; tillverkare)
    de auteur; de maker; de schepper; de voortbrenger
    • auteur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • maker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schepper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • voortbrenger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor producent:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auteur producent; skapare; tillverkare; upphovsman författare; skriftställare; skrivare
maker producent; skapare; tillverkare; upphovsman författare; skapare; tillverkare; upptäckare
producent producent fabrikör; leverantör; tillverkare
producer producent
schepper producent; skapare; tillverkare; upphovsman Gud; författare; skapare; tillverkare; vattenkanna
voortbrenger producent; skapare; tillverkare; upphovsman

Synoniemen voor "producent":


Wiktionary: producent


Cross Translation:
FromToVia
producent fabrikant; producent Hersteller — das Unternehmen, das einen bestimmten Artikel herstellt (produziert)
producent producent producer — in economics
producent producent; producer producer — in arts

Computer vertaling door derden: