Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. princip:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor princip (Zweeds) in het Nederlands

princip:

princip [-en] zelfstandig naamwoord

  1. princip (grundregel; regel; maxim)
    de stelregel
  2. princip
    het beleid
    • beleid [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor princip:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beleid princip klok politik; klokhet; policy; taktik
stelregel grundregel; maxim; princip; regel

Synoniemen voor "princip":


Wiktionary: princip


Cross Translation:
FromToVia
princip principe; beginsel PrinzipGrundsatz oder Maßstab des Handelns, der einen Mensch leitet
princip principe; beginsel principle — fundamental assumption
princip principe principle — moral rule or aspect
princip beginsel; grondbeginsel; principe principecommencement ; origine ; source : cause premier.
princip waarheid véritécaractère de ce qui est vrai, conformité d’un récit, d’une relation avec un fait, de ce que l’on dire avec ce que l’on penser.