Zweeds
Uitgebreide vertaling voor ofelbart (Zweeds) in het Nederlands
ofelbart:
-
ofelbart (ofelbar)
onfeilbaar-
onfeilbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
ofelbart (uppenbar; otvetydig; otvetydigt; uppenbart; otvekbart)
onmiskenbaar; herkenbaar; duidelijk-
onmiskenbaar bijvoeglijk naamwoord
-
herkenbaar bijvoeglijk naamwoord
-
duidelijk bijvoeglijk naamwoord
-
-
ofelbart (syndfri; oklanderligt; korrekt; felfri; syndfritt; felfritt)
onberispelijk; keurig; correct; onbesproken-
onberispelijk bijvoeglijk naamwoord
-
keurig bijvoeglijk naamwoord
-
correct bijvoeglijk naamwoord
-
onbesproken bijvoeglijk naamwoord
-
-
ofelbart (ofelbar; felfri; felfritt; klanderfritt)
loepzuiver-
loepzuiver bijvoeglijk naamwoord
-