Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. ny:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor ny (Zweeds) in het Nederlands

ny:

ny bijvoeglijk naamwoord

  1. ny (nytt; färskt)
    nieuw; nieuwbakken
  2. ny (nytt)
    nieuwe
    • nieuwe bijvoeglijk naamwoord
  3. ny (nytt)
    splinternieuw; spiksplinternieuw; nagelnieuw; fonkelnieuw

Vertaal Matrix voor ny:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fonkelnieuw ny; nytt
nagelnieuw ny; nytt
nieuw färskt; ny; nytt nygjord; nygjort; nytt
nieuwbakken färskt; ny; nytt
spiksplinternieuw ny; nytt
splinternieuw ny; nytt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nieuwe ny; nytt

Synoniemen voor "ny":


Wiktionary: ny

ny
adjective
  1. recentelijk gemaakt
  2. recentelijk ontdekt
  3. huidige
  4. onderscheidt nieuwere namen van oudere
  5. in originele staat
  6. vreemd, onbekend
  7. recentelijk aangekomen of opgedoken
  8. woorden die in een of meer van de bovenstaande categoriën horen, maar waarvan niet bekend is in welke (voel u vrij deze woorden in de juiste categorie in te voegen)

Cross Translation:
FromToVia
ny nieuw new — recently made or created
ny nieuw new — additional, recently discovered
ny nieuw new — current or later
ny nieuw new — distinguishing something established more recently
ny nieuw new — in original condition, pristine
ny jong new — young
ny nieuw; ander new — refreshed, reinvigorated
ny nieuw; vers new — of recent origin
ny nieuw new — strange, unfamiliar
ny nieuw new — recently arrived or appeared
ny nieuw new — inexperienced, unaccustomed
ny recent recent — having happened a short while ago
ny nieuw neu — vor kurzer Zeit gemacht oder geschehen
ny nieuw nouveau — Qui n’existait pas, qui était inconnu

Verwante vertalingen van ny