Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. näbbig:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor näbbig (Zweeds) in het Nederlands

näbbig:

näbbig bijvoeglijk naamwoord

  1. näbbig (näbbigt; uppkäftigt; uppnosigt; näsvistt; uppkäftig)
    brutaal

Vertaal Matrix voor näbbig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brutaal näbbig; näbbigt; näsvistt; uppkäftig; uppkäftigt; uppnosigt djärv; djärvt; dristig; dristigt; iskall; iskallt; modig; modigt

Verwante vertalingen van näbbig