Zweeds
Uitgebreide vertaling voor mållöst (Zweeds) in het Nederlands
mållöst:
-
mållöst (förvånat; mållös; förstummad; förstummat; förbluffat)
verbaasd; sprakeloos; met de mond vol tanden; verbijsterd; verwonderd; verstomd; met open mond; verbluft-
verbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
sprakeloos bijvoeglijk naamwoord
-
met de mond vol tanden bijvoeglijk naamwoord
-
verbijsterd bijvoeglijk naamwoord
-
verwonderd bijvoeglijk naamwoord
-
verstomd bijvoeglijk naamwoord
-
met open mond bijvoeglijk naamwoord
-
verbluft bijvoeglijk naamwoord
-
-
mållöst (mållös)
stomverbaasd; zwijgend; sprakeloos; stom; perplex; paf; overbluft-
stomverbaasd bijvoeglijk naamwoord
-
zwijgend bijvoeglijk naamwoord
-
sprakeloos bijvoeglijk naamwoord
-
stom bijvoeglijk naamwoord
-
perplex bijvoeglijk naamwoord
-
paf bijvoeglijk naamwoord
-
overbluft bijvoeglijk naamwoord
-