Overzicht


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor jakt (Zweeds) in het Nederlands

jakt:

jakt [-en] zelfstandig naamwoord

  1. jakt
    jagen; de jacht
    • jagen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • jacht [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. jakt
    de jacht
    • jacht [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. jakt (förföljande; förföljelse)
    de achtervolging
  4. jakt (skott)
    afknallen
  5. jakt (skjutning; skjutande)
    afvuren; afschieten; schoten lossen
  6. jakt (jaktutfärd)
    jachtexpeditie

Vertaal Matrix voor jakt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achtervolging förföljande; förföljelse; jakt
afknallen jakt; skott
afschieten jakt; skjutande; skjutning
afvuren jakt; skjutande; skjutning
jacht jakt jaktparti
jachtexpeditie jakt; jaktutfärd
jagen jakt
schoten lossen jakt; skjutande; skjutning
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afknallen skjuta ner; skjuta till döds
afschieten beskjuta; fysiljera; skjuta; skjuta ned; skjuta ner; skjuta till döds
afvuren beskjuta; fysiljera; skjuta; skjuta ned
jagen brådska; hasta; ila; rusa; skynda; skynda på
schoten lossen beskjuta; fysiljera; skjuta; skjuta ned

Wiktionary: jakt


Cross Translation:
FromToVia
jakt jacht; achtervolging chase — action of the verb "to chase"
jakt jacht hunt — the act of hunting, shooting
jakt jacht Jagd — das Aufsuchen, Nachstellen, Fangen, Erlegen und Aneignen; dort wo Jagdrecht existiert, das waidgerechte Erlegen von Wildtieren
jakt jacht Jagdübertragen, vor allem auch in Zusammensetzungen: die Verfolgung, Aufklärung
jakt vervolging Verfolgung — das Fahren oder Gehen hinter jemandem her, zum Beispiel um ihn zu beobachten, einzuholen oder zu ergreifen
jakt jacht Yachtschnelles und leichtes Segelschiff oder Motorschiff, welches für sportliche und Freizeitaktivitäten genutzt wird
jakt jacht chasse — Action de poursuivre pour capturer ou tuer
jakt jacht yachtbâtiment de plaisance, à voiles ou à moteur.

Verwante vertalingen van jakt