Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Vertaal hasch

Vertaal hasch van Zweeds naar Nederlands

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

hasch:
- kiev; haschisch; hasj; stuff; hennep; hasjiesj; wiet
Wiktionary:
- hasch → hasj, hasjiesj

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor hasch (Zweeds) in het Nederlands

hasch:

hasch [-ett] zelfstandig naamwoord

hasch (cannabis)
kiev; haschisch; de hasj; de stuff; de hennep; de hasjiesj; de wiet
- kiev [znw.] zelfstandig naamwoord
- haschisch [znw.] zelfstandig naamwoord
- hasj [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- stuff [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- hennep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- hasjiesj [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- wiet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hasch:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
haschisch	cannabis; hasch
hasj	cannabis; hasch
hasjiesj	cannabis; hasch
hennep	cannabis; hasch	gräs; hampa; marijuana
kiev	cannabis; hasch
stuff	cannabis; hasch	gräs; marijuana
wiet	cannabis; hasch	gräs; marijuana

Synoniemen voor "hasch":

brass; gräs

Wiktionary: hasch

Cross Translation:

From	To	Via
• hasch	→ hasj	↔ hash — clipped form of hashish
• hasch	→ hasj; hasjiesj	↔ hashish — dried leaves of the Indian hemp plant