Gåva in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

gåva:
- cadeau; geschenk; kado; aardigheid; presentje; present; verjaardagscadeau; schenking
Wiktionary:
- gåva → kado
- gåva → presentje, geschenk, gift, cadeau, donatie, schenking

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor gåva (Zweeds) in het Nederlands

gåva (present)
het cadeau; de geschenk; kado; de aardigheid; het presentje; het present
- cadeau [het ~] zelfstandig naamwoord
- geschenk [de ~] zelfstandig naamwoord
- kado [znw.] zelfstandig naamwoord
- aardigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- presentje [het ~] zelfstandig naamwoord
- present [het ~] zelfstandig naamwoord
gåva (födelsedagspresent)
het verjaardagscadeau; het presentje
- verjaardagscadeau [het ~] zelfstandig naamwoord
- presentje [het ~] zelfstandig naamwoord
gåva
de schenking
- schenking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aardigheid	gåva; present	behag; liten gåva; njutning; nöje; skoj; skämt; vits; vänlighet; älskvärdhet; åtnjutande
cadeau	gåva; present
geschenk	gåva; present
kado	gåva; present
present	gåva; present
presentje	födelsedagspresent; gåva; present	liten present; smått
schenking	gåva	ge bort; skänka
verjaardagscadeau	födelsedagspresent; gåva

gåva

noun

iets dat men iemand geeft, meestal ter gelegenheid van een speciale gebeurtenis
- kado → present; gåva

Cross Translation:

From	To	Via
• gåva	→ presentje; geschenk; gift; cadeau	↔ gift — Something given to another voluntarily, without charge
• gåva	→ geschenk; cadeau; gift	↔ Geschenk — Übertragung des Eigentums an einer Sache ohne Erwartung einer Gegenleistung
• gåva	→ geschenk; gift; cadeau	↔ Geschenk — die in Form eines Geschenkes^[1] überlassene Sache (oft liebevoll verpackt)
• gåva	→ cadeau; donatie; schenking; geschenk; gift	↔ cadeau — présent, objet que l’on offrir à quelqu’un sans rien attendre en retour, dans l'intention de le surprendre ou de lui être agréable.