Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. foder:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor foder (Zweeds) in het Nederlands

foder:

foder [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. foder (invändigt foder; beklädnad)
    de voering; de binnenbekleding

Vertaal Matrix voor foder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
binnenbekleding beklädnad; foder; invändigt foder
voering beklädnad; foder; invändigt foder föda

Synoniemen voor "foder":


Wiktionary: foder


Cross Translation:
FromToVia
foder voeder; voer feed — food given to (especially herbivorous) animals
foder kanonnenvoer; veevoer; veevoeder fodder — food for animals
foder vreten Fressen(von Tieren; salopp oder emotional, abwertend von Menschen) Vorgang, Handlung, bei dem beziehungsweise bei der gefressen wird

Verwante vertalingen van foder