Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fjant:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fjant (Zweeds) in het Nederlands

fjant:

fjant [-en] zelfstandig naamwoord

  1. fjant (tönt; clown; fån)
    de hansworst; de gek; de kwast; de kwibus; de nar; de zot
    • hansworst [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kwast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kwibus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • nar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fjant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gek clown; fjant; fån; tönt dumbom; dåre; fåne; galenpanna; galning; idiot; imbecill; knöl; mentalt handikappad; mentalt störd person; narr; sinnessjuk; störd person; tok; utvecklingsstörd; vildbasare; vildhjärna; yrhätta
hansworst clown; fjant; fån; tönt
kwast clown; fjant; fån; tönt handtag; knapp; knopp; knöl; kula; sprätt; vred
kwibus clown; fjant; fån; tönt
nar clown; fjant; fån; tönt hovnarr
zot clown; fjant; fån; tönt dåre; galenpanna; knöl; vildbasare; vildhjärna; yrhätta
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gek besynnerlig; besynnerligt; dum; dumt; konstigt; mentalsjuka; sinnessjukt; stollig; stolligt; tokigt; underlig; underligt; urflippad; urflippat; vansinnig; vansinnigt
zot stollig; stolligt; tokigt

Synoniemen voor "fjant":


Wiktionary: fjant


Cross Translation:
FromToVia
fjant nebbisj Nebbichsalopp abwertend: jemand, der unwichtig, unbedeutend ist