Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Vertaal faktura

Vertaal faktura van Zweeds naar Nederlands

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

faktura:
- factuur; rekening; nota
Wiktionary:
- faktura → factuur
- faktura → factuur, rekening, nota

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor faktura (Zweeds) in het Nederlands

faktura:

faktura [-en] zelfstandig naamwoord

faktura
de factuur; de rekening; de nota
– papier waar op staat wat je hebt ontvangen en wat je moet betalen ¹
- factuur [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  - deze factuur heb ik al betaald¹
- rekening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  - we moeten de rekening van de verbouwing nog krijgen¹
- nota [de ~] zelfstandig naamwoord
  - we hebben de nota van de schoolboeken ontvangen¹

Vertaal Matrix voor faktura:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
factuur	faktura
nota	faktura
rekening	faktura	bankkonto; konto; räkenskaper

Synoniemen voor "faktura":

räkning

Wiktionary: faktura

faktura

noun

een document met een beschrijving van goederen die een bedrijf (aan een ander bedrijf) geleverd heeft
- factuur → faktura; räkning

Cross Translation:

From	To	Via
• faktura	→ factuur; rekening	↔ invoice — bill
• faktura	→ factuur; nota; rekening	↔ facture — Pièce comptable

¹Muiswerk Woordenboek