Förvaltare in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

förvaltare:
- bedrijfsleider; manager; wachtmeester; sergeant-majoor; trustee; schout; dijkgraaf; majordomus
Wiktionary:
- förvaltare → administrateur, beheerder, bestuurder, zetbaas, directeur

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor förvaltare (Zweeds) in het Nederlands

förvaltare (manager)
de bedrijfsleider; de manager
- bedrijfsleider [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- manager [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
förvaltare (fanjunkare)
de wachtmeester
- wachtmeester [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
förvaltare (fanjunkare)
de sergeant-majoor
- sergeant-majoor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
förvaltare (förvaltande myndighet; förmyndare)
de trustee
- trustee [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
förvaltare (utmätningsman; delgivningsman; inspektor)
de schout; de dijkgraaf
- schout [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- dijkgraaf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
förvaltare (hovmästare)
de majordomus
- majordomus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bedrijfsleider	förvaltare; manager	chef; direktör
dijkgraaf	delgivningsman; förvaltare; inspektor; utmätningsman
majordomus	förvaltare; hovmästare	hovmästare; hovmästare i privathus; major domus
manager	förvaltare; manager	chef; direktör; ordförande
schout	delgivningsman; förvaltare; inspektor; utmätningsman	polischef; sheriff
sergeant-majoor	fanjunkare; förvaltare
trustee	förmyndare; förvaltande myndighet; förvaltare
wachtmeester	fanjunkare; förvaltare

Cross Translation:

From	To	Via
• förvaltare	→ administrateur; beheerder; bestuurder; zetbaas	↔ administrateur — Personne qui régir les biens, les affaires d’une société, d’un grand établissement, d'un site internet etc.
• förvaltare	→ administrateur; beheerder; bestuurder; zetbaas; directeur	↔ directeur — Personne qui dirige un établissement, un service
• förvaltare	→ administrateur; beheerder; bestuurder; zetbaas	↔ gérant — Celui, celle qui gérer, qui administrer pour le compte d’autrui.
• förvaltare	→ administrateur; beheerder; bestuurder; zetbaas	↔ régisseur — Celui qui régir, qui gérer par commission et à la charge de rendre compte.