Zweeds

Uitgebreide vertaling voor dumhet (Zweeds) in het Nederlands

dumhet:

dumhet [-en] zelfstandig naamwoord

  1. dumhet (blunder)
    de blunder; de flater
    • blunder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • flater [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. dumhet (blunder)
    de blunder; de enormiteit
    • blunder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • enormiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. dumhet (täthet)
    de dichtheid; de concentratie
  4. dumhet (dåraktighet; galenskap)
    de malheid
    • malheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  5. dumhet (enfald)
    de onwetendheid; de stompzinnigheid; de onbenulligheid
  6. dumhet (enfald; naivitet)
    de onnozelheid; de naïviteit; de simpelheid; de kinderlijkheid; de naïveteit

Vertaal Matrix voor dumhet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blunder blunder; dumhet bkunder; felsteg; miss; misstag; skrik
concentratie dumhet; täthet anspänning; koncentration; spänning; sätta sig in i
dichtheid dumhet; täthet
enormiteit blunder; dumhet
flater blunder; dumhet skrik
kinderlijkheid dumhet; enfald; naivitet
malheid dumhet; dåraktighet; galenskap
naïveteit dumhet; enfald; naivitet godtrogenhet; lättrogenhet; naivitet; oskyldighet
naïviteit dumhet; enfald; naivitet godtrogenhet; lättrogenhet; naivitet
onbenulligheid dumhet; enfald
onnozelheid dumhet; enfald; naivitet
onwetendheid dumhet; enfald okunnig; ovetenhet
simpelheid dumhet; enfald; naivitet anspråkslöshet; enkelhet; frugalitet
stompzinnigheid dumhet; enfald

Synoniemen voor "dumhet":