Departement in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

departement:
- ministerie; departement; departementen; afdelingen; ministeries; rijksbetrekking; bestuursgebied; ambtsgebied
Wiktionary:
- departement → ministerie

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor departement (Zweeds) in het Nederlands

departement (ministerium)
het ministerie; de departement
- ministerie [het ~] zelfstandig naamwoord
- departement [de ~] zelfstandig naamwoord
departement (avdelningar)
de departementen; de afdelingen
- departementen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- afdelingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
departement
de ministeries
- ministeries [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
departement
de departement
- departement [de ~] zelfstandig naamwoord
departement (ämbetsverk)
rijksbetrekking
- rijksbetrekking [znw.] zelfstandig naamwoord
departement (avdelning; institution; område; fack; ministerium)
bestuursgebied; het ambtsgebied
- bestuursgebied [znw.] zelfstandig naamwoord
- ambtsgebied [het ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afdelingen	avdelningar; departement
ambtsgebied	avdelning; departement; fack; institution; ministerium; område
bestuursgebied	avdelning; departement; fack; institution; ministerium; område
departement	departement; ministerium	avdelning; domsrätt; förvaltningsområde; institution; jurisdiktion; sektion
departementen	avdelningar; departement
ministerie	departement; ministerium	ministerium
ministeries	departement
rijksbetrekking	departement; ämbetsverk

Cross Translation:

From	To	Via
• departement	→ ministerie	↔ Ministerium — ein Gebäude, in dem [1] seinen Sitz hat
• departement	→ ministerie	↔ Ministerium — oberste Behörde eines Staates unter der Leitung eines Ministers