Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cell:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor cell (Zweeds) in het Nederlands

cell:

cell [-en] zelfstandig naamwoord

  1. cell
    de cello
    • cello [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. cell
    de cel
    • cel [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cell:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cel cell eremitage
cello cell cello

Wiktionary: cell

cell
noun
  1. een kleine ruimte waar iemand voor straf moet zitten (in een gevangenis)
  2. een kleine ruimte (in een klooster)
  3. de kleinste eenheid binnen een levend organisme waarin alle genetische informatie vervat zit
  4. een zeshoekige opslagplaats in een bijenraat

Cross Translation:
FromToVia
cell batterij cell — component of an electrical battery
cell cel cell — room in a prison for containing inmates
cell cel cell — basic unit of a living organism
cell cel cell — small group of people forming part of a larger organization
cell cel cell — room in a monastery for sleeping one person
cell cel ZelleBiologie: Bezeichnung für die kleinste Einheit eines Lebewesens
cell cel Zelleallgemein: ein kleiner Raum, in den man sich einschließt oder in dem man eingeschlossen wird
cell kerker; cachot; cel cachotcellule basse et obscure.
cell cel cellule — Traduction à trier
cell gevangenis; nor; bajes; petoet; cachot; gevangenhuis; cel; kerker; gevang; bak prisonendroit closenfermer les personnes condamnés à une peine de privation de liberté ou les prévenus en attente de jugement.

Verwante vertalingen van cell