Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. burdus:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor burdus (Zweeds) in het Nederlands

burdus:

burdus bijvoeglijk naamwoord

  1. burdus (trubbig; trög; trögt; )
    stomp
    • stomp bijvoeglijk naamwoord
  2. burdus (trubbigt)
    botweg

Vertaal Matrix voor burdus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stomp stubbe; stump
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stomp burdus; burdust; okänsligt; slött; trubbig; trubbigt; trög; trögt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
botweg burdus; trubbigt

Synoniemen voor "burdus":


Wiktionary: burdus


Cross Translation:
FromToVia
burdus grof grobbezogen auf Personen: ungelenk, ungeschickt, unerzogen, ungebildet, bäurisch, gewalttätig