Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. buckligt:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor buckligt (Zweeds) in het Nederlands

buckligt:

buckligt bijvoeglijk naamwoord

  1. buckligt (bucklig)
    gebocheld
  2. buckligt (knöligt; oregelbunden; ojämnt; oregelbundet; bucklig)
    hobbelig; bobbelig
  3. buckligt (bucklig; knölig; knöligt; hoppigt)
    bultig
    • bultig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor buckligt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobbelig bucklig; buckligt; knöligt; ojämnt; oregelbunden; oregelbundet
bultig bucklig; buckligt; hoppigt; knölig; knöligt
gebocheld bucklig; buckligt
hobbelig bucklig; buckligt; knöligt; ojämnt; oregelbunden; oregelbundet knöligt; ojämn; ojämnt