Avspärrning in het Nederlands vertaald uit het Zweeds

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor avspärrning (Zweeds) in het Nederlands

avspärrning (barrikad)
de versperring; de afsluiting; de barricade
- versperring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- afsluiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- barricade [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
avspärrning
de buitensluiting
- buitensluiting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
avspärrning (barriär; spärr; bom; skrank; tullbom)
de slagboom; de sluitboom; afsluitboom
- slagboom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- sluitboom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- afsluitboom [znw.] zelfstandig naamwoord
avspärrning (barriär; gräns; bom)
de afgrendeling
- afgrendeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
avspärrning (förhindrande; hinder; stopp)
beletten; weerhouden; afhouden
- beletten [znw.] zelfstandig naamwoord
- weerhouden [znw.] zelfstandig naamwoord
- afhouden [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afgrendeling	avspärrning; barriär; bom; gräns
afhouden	avspärrning; förhindrande; hinder; stopp
afsluitboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom
afsluiting	avspärrning; barrikad	stängande
barricade	avspärrning; barrikad
beletten	avspärrning; förhindrande; hinder; stopp
buitensluiting	avspärrning	utanför
slagboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom
sluitboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom
versperring	avspärrning; barrikad	vägspärr
weerhouden	avspärrning; förhindrande; hinder; stopp
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afhouden		avvärja; dra av; dra ifrån; förhindra; hindra; hålla tillbaka; hålla undan; parera; stoppa
beletten		förebygga; förhindra; hejda; hindra; hämma; hålla tillbaka; stoppa
weerhouden		hindra; hålla tillbaka; stoppa

Computer vertaling door derden: