Zweeds
Uitgebreide vertaling voor abrupt (Zweeds) in het Nederlands
abrupt:
-
abrupt (oväntad; plötsligt; snabbt)
plotseling; abrupt; opeens; plots; bruusk; schielijk; eensklaps; plotsklaps-
plotseling bijvoeglijk naamwoord
-
abrupt bijvoeglijk naamwoord
-
opeens bijwoord
-
plots bijvoeglijk naamwoord
-
bruusk bijvoeglijk naamwoord
-
schielijk bijvoeglijk naamwoord
-
eensklaps bijwoord
-
plotsklaps bijwoord
-
-
abrupt (bryskt)
Vertaal Matrix voor abrupt:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
abrupt | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |
bruusk | abrupt; bryskt; oväntad; plötsligt; snabbt | |
kortaf | abrupt; bryskt | fräsande; rak på sak; rakt på sak |
nors | abrupt; bryskt | butter; buttert; knarrigt; vresig; vresigt |
onzacht | abrupt; bryskt | grovt; hård; hårdhudad; hårdhudat; hårt; råbarkat; tuff; tufft; våldsamt |
plots | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |
plotseling | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |
schielijk | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
eensklaps | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |
opeens | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |
plotsklaps | abrupt; oväntad; plötsligt; snabbt | plötslig; plötsligt |