Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. åldrig:
  2. Wiktionary:
    • åldrig → oud
    • åldrig → oud


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor åldrig (Zweeds) in het Nederlands

åldrig:

åldrig bijvoeglijk naamwoord

  1. åldrig (åldrigt)
    ouder
    • ouder bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor åldrig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ouder fader; far; förälder
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ouder åldrig; åldrigt

Wiktionary: åldrig

åldrig
adjective
  1. oud mens, dier

Cross Translation:
FromToVia
åldrig oud old — of a living being: having lived for relatively many years