Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Zoek: skola

Zweedse en Nederlandse zoekresultaten voor: skola

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

skola:
- school; schoolgebouw
Wiktionary:
- skola → school
- skola → school, scholen, zullen, moeten, kunstrichting, leerschool

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor skola (Zweeds) in het Nederlands

skola:

skola [-en] zelfstandig naamwoord

skola (skolbyggnad)
de school; het schoolgebouw
- school [de ~] zelfstandig naamwoord
- schoolgebouw [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor skola:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
school	skola; skolbyggnad
schoolgebouw	skola; skolbyggnad

Synoniemen voor "skola":

dressera; uppfostra; college; utbildningsinstitut; akademi; plugg; läroanstalt; skall; lärosäte

Wiktionary: skola

skola

noun

een onderwijsinstelling waar les wordt gegeven aan leerlingen
- school → skola

Cross Translation:

From	To	Via
• skola	→ school	↔ school — an institution dedicated to teaching and learning
• skola	→ school	↔ school — a particular doctrine
• skola	→ scholen	↔ school — educate, teach, or train
• skola	→ zullen	↔ shall — indicating the simple future tense
• skola	→ zullen	↔ will — indicating future action
• skola	→ moeten	↔ sollen — Auftrag
• skola	→ zullen	↔ sollen — im Konjunktiv II: Vermutung, Annahme
• skola	→ zullen	↔ sollen — im Konjunktiv II Präteritum: persönliche Empfehlung
• skola	→ school; kunstrichting; leerschool	↔ école — lieu dédier à l’apprentissage.

Verwante vertalingen van skola