Barriär: vertaling Zweeds

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

barriär:
- dranghek; slagboom; sluitboom; afsluitboom; dijk; dam; hindernis; hinderpaal; afgrendeling
Wiktionary:
- barriär → barrière

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor barriär (Zweeds) in het Nederlands

barriär (kravallstaket)
het dranghek
- dranghek [het ~] zelfstandig naamwoord
barriär (spärr; bom; skrank; avspärrning; tullbom)
de slagboom; de sluitboom; afsluitboom
- slagboom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- sluitboom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- afsluitboom [znw.] zelfstandig naamwoord
barriär (dike; fördämning; damm)
de dijk; de dam
- dijk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- dam [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
barriär
de hindernis; de hinderpaal
- hindernis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- hinderpaal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
barriär (gräns; bom; avspärrning)
de afgrendeling
- afgrendeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afgrendeling	avspärrning; barriär; bom; gräns
afsluitboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom
dam	barriär; damm; dike; fördämning	damm; dike; fördämning; spärrdamm
dijk	barriär; damm; dike; fördämning
dranghek	barriär; kravallstaket
hindernis	barriär	hinder; spärr hinder
hinderpaal	barriär
slagboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom
sluitboom	avspärrning; barriär; bom; skrank; spärr; tullbom

Cross Translation:

From	To	Via
• barriär	→ barrière	↔ Barriere — allgemein: ein Hindernis, welches Räume trennt oder abgrenzt