Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. smula:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor smula (Zweeds) in het Nederlands

smula:

smula [-en] zelfstandig naamwoord

  1. smula (lite)
    het beetje
    • beetje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. smula (skiva; del; bit)
    het schijfje; het plakje
    • schijfje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • plakje [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. smula (brödsmula)
    de kruim
    • kruim [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. smula
    de kruimel
    • kruimel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. smula
    het kruimeltje
  6. smula (liten sak; obetydlighet)
    de snuisterij; de kleinigheid
  7. smula (en minsta bit; dutt)
    de zier
    • zier [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor smula:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beetje lite; smula en liten bit
kleinigheid liten sak; obetydlighet; smula bagatell; detalj; en liten bit; futtighet; liten gåva; liten present; oväsentlighet; petitess; småsak
kruim brödsmula; smula
kruimel smula
kruimeltje smula
plakje bit; del; skiva; smula
schijfje bit; del; skiva; smula
snuisterij liten sak; obetydlighet; smula grej; manick; pryl
zier dutt; en minsta bit; smula
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beetje en liten bit; svag

Synoniemen voor "smula":

  • gnutta

Wiktionary: smula


Cross Translation:
FromToVia
smula kruimel crumb — small piece of biscuit, cake, etc
smula morzel; kruimel crumb — (figurative) small amount
smula brok; stuk; hap morsel — small fragment
smula tikje touch — small amount

Verwante vertalingen van smula