Zweeds
Uitgebreide vertaling voor urinblåsa (Zweeds) in het Nederlands
urinblåsa: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- urin: urine; pis; zeik
- blåsa: blaas; blaar; blister; waaien; hard waaien; aanwakkeren; aanblazen; doen opvlammen
Wiktionary: urinblåsa
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• urinblåsa | → blaas | ↔ urinary bladder — urinary bladder |