Zweeds
Uitgebreide vertaling voor team (Zweeds) in het Nederlands
team:
-
team (arbetsgrupp; patrull; styrka; grupp)
-
team
Vertaal Matrix voor team:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
team | team | grupp; gäng; lag |
werkgroep | arbetsgrupp; grupp; patrull; styrka; team | arbetsgrupp; peer to peer-nätverk |
Synoniemen voor "team":
Verwante vertalingen van team
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor team (Nederlands) in het Zweeds
team:
Vertaal Matrix voor team:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grupp | partij; ploeg; team | aantal personen bijeen; blaaskapel; categorie; classificatie; community; distributiegroep; distributielijst; drom; factie; fanfare; fanfarekorps; gemeente; gezelschap; groep; groep mensen; groepering; harmonie; horde; kapel; kernploeg; klasse; kudde; massa; muziekkorps; schaar; schare; suite; troep; werkgroep |
gäng | partij; ploeg; team | bende; drom; groep jongeren; hoop; horde; massa; menigte; meute; schare; troep |
lag | partij; ploeg; team | elf; elftal; equipe; wet |
team | team | werkgroep |
Verwante woorden van "team":
Team:
-
Team (Werkgroep)
Vertaal Matrix voor Team:
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Arbetsgrupp | Team; Werkgroep | |
Grupp | Team; Werkgroep |