Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. kull:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kull (Zweeds) in het Nederlands

kull:

kull [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kull (ruvning; liggning på ägg)
    broeden; het gebroed
    • broeden [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gebroed [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kull:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
broeden kull; liggning på ägg; ruvning
gebroed kull; liggning på ägg; ruvning avkommor; ruvning; slödder; unga djur; uppviglare; ättlingar
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
broeden kläcka ut

Wiktionary: kull


Cross Translation:
FromToVia
kull gebroed; legsel; nest; nageslacht brood — the young of certain animals
kull worp litter — animals born in one birth
kull tikkertje tag — game