Zweeds

Uitgebreide vertaling voor älskling (Zweeds) in het Nederlands

älskling:

älskling [-en] zelfstandig naamwoord

  1. älskling (käraste; älskade; vännen)
    het schatje; het poepje; liefste; het liefje; de schat; lieve; de schattebout; het scheetje; het duifje; de beminde; de snoes
    • schatje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • poepje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • liefste [znw.] zelfstandig naamwoord
    • liefje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • schat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lieve [znw.] zelfstandig naamwoord
    • schattebout [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • scheetje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • duifje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • beminde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • snoes [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. älskling (käraste; hjärta; kärlek)
    het schatje; de lieverd; het snoepje; de lieveling; de snoes
    • schatje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • lieverd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • snoepje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • lieveling [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • snoes [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. älskling (älskade; hjärta; käraste)
    het liefje; liefste; de schat; de vriendin; de snoes; de geliefde; de beminde
    • liefje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • liefste [znw.] zelfstandig naamwoord
    • schat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vriendin [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • snoes [de ~] zelfstandig naamwoord
    • geliefde [de ~] zelfstandig naamwoord
    • beminde [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. älskling (hjärtevän; älskade; käraste; kära)
    het hartje
    • hartje [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. älskling (älskad person; käresta; käraste; ängel)
    het engeltje; lief persoon; de engel
  6. älskling (kärt barn; skatt; gullunge)
    de kindlief
  7. älskling (sötnos; gullunge; sötis)
    het schatje; het scheetje; het poepje; het liefje; schattig kind; de dot
    • schatje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • scheetje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • poepje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • liefje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • schattig kind [znw.] zelfstandig naamwoord
    • dot [de ~] zelfstandig naamwoord
  8. älskling
    hartekind
  9. älskling
    het troeteltje
  10. älskling
    de troetel
    • troetel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  11. älskling (favorit)
    het lievelingetje
  12. älskling (sällskapsdjur; kelgris)
    het lievelingsdier; het troeteldier; lievelings huisdier

Vertaal Matrix voor älskling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beminde hjärta; käraste; vännen; älskade; älskling älskarinna
dot gullunge; sötis; sötnos; älskling
duifje käraste; vännen; älskade; älskling
engel käraste; käresta; älskad person; älskling; ängel ängel
engeltje käraste; käresta; älskad person; älskling; ängel
geliefde hjärta; käraste; älskade; älskling älskarinna
hartekind älskling
hartje hjärtevän; kära; käraste; älskade; älskling
kindlief gullunge; kärt barn; skatt; älskling
lief persoon käraste; käresta; älskad person; älskling; ängel
liefje gullunge; hjärta; käraste; sötis; sötnos; vännen; älskade; älskling käraste; skatt; älskade
liefste hjärta; käraste; vännen; älskade; älskling
lieve käraste; vännen; älskade; älskling
lieveling hjärta; käraste; kärlek; älskling favorit; gunstling
lievelingetje favorit; älskling
lievelings huisdier kelgris; sällskapsdjur; älskling
lievelingsdier kelgris; sällskapsdjur; älskling
lieverd hjärta; käraste; kärlek; älskling
poepje gullunge; käraste; sötis; sötnos; vännen; älskade; älskling
schat hjärta; käraste; vännen; älskade; älskling
schatje gullunge; hjärta; käraste; kärlek; sötis; sötnos; vännen; älskade; älskling
schattebout käraste; vännen; älskade; älskling
schattig kind gullunge; sötis; sötnos; älskling
scheetje gullunge; käraste; sötis; sötnos; vännen; älskade; älskling
snoepje hjärta; käraste; kärlek; älskling
snoes hjärta; käraste; kärlek; vännen; älskade; älskling
troetel älskling
troeteldier kelgris; sällskapsdjur; älskling gosedjur; kramdjur
troeteltje älskling
vriendin hjärta; käraste; älskade; älskling gosse; hjärtevän; kamrat; älskarinna
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beminde mycket älskat; älskad; älskat
geliefde avhållna; dyra
lieve kära

Wiktionary: älskling


Cross Translation:
FromToVia
älskling schat; geliefde; lieve; lieverd; schatje; liefje darling — person who is dear to one
älskling schatje; schat honey — term of affection
älskling schat love — darling or sweetheart