Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. experiment:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. experiment:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor experiment (Zweeds) in het Nederlands

experiment:

experiment [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. experiment
    het experiment; de proef; de proefneming
  2. experiment (försök; test 6- el.)
    het probeersel

Vertaal Matrix voor experiment:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
experiment experiment
probeersel experiment; försök; test 6- el.
proef experiment audition; prov; provning; test
proefneming experiment

Wiktionary: experiment

experiment
noun
  1. proef, (uit)probeersel

Cross Translation:
FromToVia
experiment proef; experiment experiment — test under controlled conditions
experiment experiment Experiment — (wissenschaftlicher) Versuch



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor experiment (Nederlands) in het Zweeds

experiment:

experiment [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het experiment (proef; proefneming)
    experiment

Vertaal Matrix voor experiment:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
experiment experiment; proef; proefneming probeersel

Verwante woorden van "experiment":

  • experimenten

Wiktionary: experiment

experiment
noun
  1. proef, (uit)probeersel

Cross Translation:
FromToVia
experiment experiment experiment — test under controlled conditions
experiment experiment Experiment — (wissenschaftlicher) Versuch
experiment försök expérience — Épreuve instituée pour étudier la façon dont se passent les phénomènes naturels et rechercher les lois qui les régissent, en les reproduisant artificiellement.