Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. flat:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. flat:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor flat (Zweeds) in het Nederlands

flat:

flat bijvoeglijk naamwoord

  1. flat (platt)
    plat; vlak; geëgaliseerd

Vertaal Matrix voor flat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vlak yta
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plat flat; platt avslagen; avslaget; banalt; billig; billigt; fadd; folk-; grov; grovt; horisontalt; jämnt; ledsamt; lent; lugn; lugnt; mild; milt; oanständig; oanständigt; obscent; ohyfsad; ohyfsat; platt; plump; plumpt; rått; slät; slätt; snuskig; snuskigt; torr; torrt; tråkigt; under bältet; vulgärt; vågrät
vlak flat; platt horisontalt; jämnt; lent; lugn; lugnt; mild; milt; slät; slätt; vågrät
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geëgaliseerd flat; platt

Synoniemen voor "flat":


Wiktionary: flat


Cross Translation:
FromToVia
flat vlak; vlakke; gelijk; gelijke even — flat and level
flat plat; vlak flat — having no variations in altitude

Verwante vertalingen van flat



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor flat (Nederlands) in het Zweeds

flat:

flat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de flat
    våning
    • våning [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor flat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
våning flat appartement; etage; verdieping; woonlaag

Verwante woorden van "flat":


Verwante definities voor "flat":

  1. hoog gebouw met woningen boven elkaar1
    • zit er een lift in deze flat?1

Wiktionary: flat


Cross Translation:
FromToVia
flat lägenhet apartment — domicile occupying part of a building
flat lägenhet appartement — Ensemble de pièce formant une habitation indépendante dans un immeuble collectif.