Overzicht
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. tröskel:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor tröskel (Zweeds) in het Frans

tröskel:

tröskel [-en] zelfstandig naamwoord

  1. tröskel
    le seuil; l'entrée
    • seuil [le ~] zelfstandig naamwoord
    • entrée [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. tröskel
  3. tröskel (tröskelvärde)
    le seuil; valeur seuil

Vertaal Matrix voor tröskel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
entrée tröskel ankomst; aula; betydelse; dörr; entré; förrätt; förstuga; gå ombord; hall; import; importvara; införsel; ingång; inkommande; inmatning; insats; inträde; intåg; mellanrum; mening; mottagningsrum; post; riddarsal; sal; tekningsrum; veranda; vikt
seuil tröskel; tröskelvärde
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Seuil tröskel
valeur seuil tröskel; tröskelvärde

Wiktionary: tröskel

tröskel
noun
  1. Pièce de construction, au bas de l’ouverture d’une porte.
  2. Entrée d’une maison.
  3. Valeur limite.

Cross Translation:
FromToVia
tröskel seuil Schwelle — unterer Querbalken eines Türrahmens, über den man zum Eintreten geht
tröskel seuil threshold — bottom-most part of a doorway

Verwante vertalingen van tröskel