Overzicht
Zweeds naar Frans:   Meer gegevens...
  1. snöre:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor snöre (Zweeds) in het Frans

snöre:

snöre [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. snöre (band; spets; snodd)
    le ruban; le cordonnet; le passement; le galon; le liseré; le passepoil
    • ruban [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cordonnet [le ~] zelfstandig naamwoord
    • passement [le ~] zelfstandig naamwoord
    • galon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • liseré [le ~] zelfstandig naamwoord
    • passepoil [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. snöre (rep; lina)
    la corde; la tresse; le fil; le câble
    • corde [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tresse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • fil [le ~] zelfstandig naamwoord
    • câble [le ~] zelfstandig naamwoord
  3. snöre (snodd; snörband)
    le passements
  4. snöre (sträng; sladd)
    la corde
    • corde [la ~] zelfstandig naamwoord
  5. snöre (bård; kordong)
    la dentelle; le passement

Vertaal Matrix voor snöre:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
corde lina; rep; sladd; snöre; sträng elektricitetssnöre; garn; kabel; kätting; led; linje; rad; rand; rep; räcka; skeppslinje; streck; tross; tråd; tåg
cordonnet band; snodd; snöre; spets
câble lina; rep; snöre direktion; elektricitetssnöre; kabel; kätting; led; ledning; linje; management; rad; rand; rep; räcka; streck; styrelse; tross; tåg; wire
dentelle bård; kordong; snöre sida; spets; spetstyg
fil lina; rep; snöre direktion; elektricitetssnöre; fiskelina; garn; kabel; ledning; management; styrelse; tråd; wire
galon band; snodd; snöre; spets brädd; elektricitetssnöre; kant; krage; pipande; pipspel; rörläggning
liseré band; snodd; snöre; spets
passement band; bård; kordong; snodd; snöre; spets
passements snodd; snörband; snöre
passepoil band; snodd; snöre; spets
ruban band; snodd; snöre; spets bilring; cykelring; hjulring; hårband; klisterband; menyflikar; pannband
tresse lina; rep; snöre elektricitetssnöre; flätad hår; hårfläta

Synoniemen voor "snöre":


Wiktionary: snöre

snöre
noun
  1. tortis fait ordinairement de chanvre et quelquefois de coton, de laine, de soie, d’écorce d’arbres, de poil, de crin, de jonc et d’autres matières pliantes et flexibles.

Cross Translation:
FromToVia
snöre lacet lace — cord for fastening a shoe or garment
snöre corde; ficelle Schnur — robustes Textilgeflecht in länglicher Form
snöre câble; ligne Schnurumgangssprachlich: Kabel

Verwante vertalingen van snöre