Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Frans ->Vertaal säsong

Vertaal säsong van Zweeds naar Frans

Overzicht

Zweeds naar Frans: Meer gegevens...

säsong:
- saison
Wiktionary:
- säsong → saison
- säsong → saison

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor säsong (Zweeds) in het Frans

säsong:

säsong [-en] zelfstandig naamwoord

säsong (årstid)
la saison
- saison [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor säsong:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
saison	säsong; årstid	period; ålder

Synoniemen voor "säsong":

rstid

Wiktionary: säsong

säsong

noun

division en quatre de l’année : printemps, été, automne et hiver.
- saison → säsong; årstid

Cross Translation:

From	To	Via
• säsong	→ saison	↔ season — a group of episodes

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van säsong