Overzicht
Zweeds naar Frans: Meer gegevens...
-
obetänksamt:
- hébété; imprudemment; imprudent; étourdi; frivole; inattentionné; inconsidéré; irréfléchi; témérairement; audacieux; précipité; téméraire; prématuré; précipitamment; fougueux; prématurément; fougueuse; audacieusement; sans réfléchir; avec témérité; nonchalamment; distrait; insouciant; négligant; distraitement
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor obetänksamt (Zweeds) in het Frans
obetänksamt:
-
obetänksamt (tanklös; oförsiktigt; oförsiktig; tanklöst)
-
obetänksamt (lättsinnig; virrig; obetänksam; tanklöst; lättsinnigt; virrigt; förrycktet)
imprudemment; imprudent; étourdi; frivole-
imprudemment bijvoeglijk naamwoord
-
imprudent bijvoeglijk naamwoord
-
étourdi bijvoeglijk naamwoord
-
frivole bijvoeglijk naamwoord
-
-
obetänksamt (hänsynslöst; tanklös; tanklöst; taktlöst; hänsynslös)
inattentionné-
inattentionné bijvoeglijk naamwoord
-
-
obetänksamt (tanklös; våghalsig; tanklöst; våghalsigt)
inconsidéré; irréfléchi; témérairement; audacieux; précipité; imprudent; téméraire; prématuré; précipitamment; fougueux; prématurément; fougueuse; audacieusement; imprudemment; sans réfléchir; avec témérité-
inconsidéré bijvoeglijk naamwoord
-
irréfléchi bijvoeglijk naamwoord
-
témérairement bijvoeglijk naamwoord
-
audacieux bijvoeglijk naamwoord
-
précipité bijvoeglijk naamwoord
-
imprudent bijvoeglijk naamwoord
-
téméraire bijvoeglijk naamwoord
-
prématuré bijvoeglijk naamwoord
-
précipitamment bijvoeglijk naamwoord
-
fougueux bijvoeglijk naamwoord
-
prématurément bijvoeglijk naamwoord
-
fougueuse bijvoeglijk naamwoord
-
audacieusement bijvoeglijk naamwoord
-
imprudemment bijvoeglijk naamwoord
-
sans réfléchir bijvoeglijk naamwoord
-
avec témérité bijvoeglijk naamwoord
-
-
obetänksamt (överilad; obetänksam; överilat; brådstörtat)
prématuré; précipitamment; prématurément; irréfléchi; inconsidéré; précipité-
prématuré bijvoeglijk naamwoord
-
précipitamment bijvoeglijk naamwoord
-
prématurément bijvoeglijk naamwoord
-
irréfléchi bijvoeglijk naamwoord
-
inconsidéré bijvoeglijk naamwoord
-
précipité bijvoeglijk naamwoord
-
-
obetänksamt (ansvarslös; ansvarslöst; huvudlös; huvudlöst; tanklöst)
nonchalamment; sans réfléchir; distrait; insouciant; négligant; distraitement-
nonchalamment bijvoeglijk naamwoord
-
sans réfléchir bijvoeglijk naamwoord
-
distrait bijvoeglijk naamwoord
-
insouciant bijvoeglijk naamwoord
-
négligant bijvoeglijk naamwoord
-
distraitement bijvoeglijk naamwoord
-
-
obetänksamt (överilat; förhastad; obetänksam; förhastat; dumdristigt)
inconsidéré; irréfléchi; sans réfléchir-
inconsidéré bijvoeglijk naamwoord
-
irréfléchi bijvoeglijk naamwoord
-
sans réfléchir bijvoeglijk naamwoord
-